Kort na
aankomst op Sumatra krijgen we alweer de behoefte om te vluchten. We blijven
namelijk enkele dagen in de verschrikkelijke miljoenenstad Medan. Hadden we’t
voordien geweten, dan hadden we deze stad met veel plezier overgeslaan.
Maar dat wisten we niet. Buiten de mooie moskee is het enige interessante & amusante aan deze stad (tenminste in’t begin) de vele jonge studenten die duidelijk de collectieve opdracht van hun profs kregen om hun talenkennis te verbeteren aan de hand van “interviews” met toeristen. Een opdracht die nota bene ZEER ernstig genomen wordt. Gezien de weinige buitenlanders hier lopen we rond als loslopend wild en hebben bijna een agenda nodig om onze afspraken te kunnen noteren. De circa achtienjarige jongens & meisjes zijn daarbij of enthousiast of zo nerveus dat ze zich tijdens het gesprek ononderbroken verontschuldigen voor hun stotteren, giechelen en amper iets van onze antwoorden verstaan. Via de smartphone worden de conversaties ook gefilmd.
Nadat we bijna alle studenten van Medan leerden kennen zijn we blij eindelijk in de bus te stappen naar Bukit Lawang. Gelegen vlak naast de jungle en aan een mooie rivier kan het contrast van dit gezellig kleine dorpje niet groter zijn met het lelijke & stressige Medan. De oorsprong waarom toeristen naar deze sympathieke plaats komen ligt ergens in de seventies. Dan startte hier een rehabilitatieprogramma om gekwetste oerang oetangs voor te bereiden op een zelfstandig leven, terug bij hun vrienden. Vandaag zijn ze allemaal terug waar het hoort, maar een deel van de populatie is semi-wild, deze kennen angst noch scrupules. Om hen eens van dichterbij te kunnen bekijken doen we een twee-daagse jungletrek met overnachting midden in het oerwoud.
Bukit Lawang. |
In het zog
van Mowgli, onze gids, stappen we vrolijk door het bos. De verkenner loopt ver
voorop op zoek naar dieren. Terwijl Mowgli vertelt over het reilen & zeilen
in de jungle weet hij via deze GPS welke richting het uit moet gaan om toekans,
Thomas leaf monkeys en makaken te zien. En oerang oetangs! Al in de voormiddag
zien we verschillende vrouwtjes met hun baby’s. Soms wagen ze het zo dicht te
komen dat het bijna beangstigend is. Ook al worden ze niet gevoed, ze kennen
het principe waar mens is, is eten maar
al te goed. Slechts enkele meter van ons hangen ze in de bomen en terwijl we
hen observeren (en geobserveerd wórden) lijkt het alsof ze als modellen voor
onze camera’s poseren (of hun kleintje op een liaan laten schommelen om ons het
perfecte fotomotief aan te bieden).
Oerang
oetangs leven enkel op Sumatra (Indonesië) en Borneo (Indonesië &
Maleisië). Orang betekent mens, Utan staat voor de jungle. Mens uit de jungle
dus. Het DNA van deze woudlopers komt voor 96,4% overeen met dan van ons.
Moderne legendes vertellen dat de oerang oetang eigenlijk ook kan spreken, maar
angst heeft dat het zal moeten werken wanneer de mensheid dat zou ontdekken.Makaken. |
3x onze junglebroeders: oerang oetang. |
Voor de rest
is het zwoegen & zweten. De temperaturen liggen zeer hoog, de
luchtvochigheid waar mogelijk nog hoger en de wegen die we ons banen zijn niet
van de poes. Hoewel trekken in de jungle leuker is als gelijk waar, de
glibbigere-slijkerige ondergrond waar m’n skateschoenen niet voor gemaakt zijn maken
van de constante heuvel up-heuvel down een goede evenwichtsoefening. Soms ga ik
– rispel raspel – op handen en voeten, klim langs lianen en probeer daarbij
zoveel mogelijk m’n omgeving in de gaten te houden. Verschrikkelijk geestig.
Jammergenoeg niet voor Inga, die as usual slechtgezind wordt van wandelingen
die meer klimmen dan wandelen betekenen of langer dan 5 uur duren. Van beide in
dit geval. Gelukkig beseft ze maar al te goed dat de oerang oetangs niet tot
bij haar in de hangmat zullen komen..
Klimmen en afdalen non stop.. |
Kort voor we
het kamp bereiken stoten we op Jacky.
Jacky heeft goede herinneringen aan haar vroegere verzorgers en voelt zich
geborgen als ze mensen ziet. De Franceuze uit onze groep ondervindt het aan den
lijve wanneer Jacky haar arm niet meer wil lossen. Zelfs met een tros bananen
kan Mowgli Jacky niet op andere gedachten brengen. Uiteindelijk lost ze na een
halfuur en strompelt er gemoedelijk, op handen en voeten – net als ik –
vandoor. De beruchte Mina krijgen we gelukkig niet te zien. Zij is namelijk niet
zo’n dikke mensenvriend. Bij de briefing aan de avond voordien werden we al
voor haar agressiviteit gewaarschuwd. Bij een treffen zou het commando RUN
heten, zo snel mogelijk in de andere richting van onze gidsen lopen die haar
terwijl proberen weg te lokken.
Het kamp ligt idyllisch aan het water, midden in het woud en is de ideale uitvalsbasis voor dag twee: fun & relax! We lopen naar een waterval dichtbij om te douchen, baden, zwemmen, spelen en op warme rotsblokken in de zon te liggen. Naar Bukit Lawang keren we rond de middag terug. Om onze voeten te sparen keren we terug in grote opgeblaasde binnenbanden op de rivier: tubing. Met onze kleren& camera’s verpakt in vuilzakken roetsjen we een uur lang over het water. Big fun!
Junglecamp. |
3x baden & spelen. |
2x tubing. |
Terug in
Bukit Lawang beslissen we nog wat te blijven plakken. We trekken in een
prachtige afgelegen hut op de helling tussen jungle en rivier. Het grote terras
met blik op water is mijn nieuwe thuis. We betalen bijna het dubbele als voor
de meeste andere kamers, maar met zeven euro per nacht was het die luxe meer
dan waard.
Ons huisje. |
Hoewel het
ganse dorp leeft van toerisme heerst in Bukit Lawang een verrassend eerlijke
vriendelijkheid. Niemand dringt zich op, niemand probeert tot vervelens toe
iets te verkopen of mensen in hun gasthuis/restaurant te lokken. Uniek voor een
trekpleister en bijzonder aangenaam. Daarentegen is er elke avond ergens wel
een leuke samenkomst waar locals & bezoekers door elkaar zitten, bier
drinken, gitaar spelen, trommelen en luidkeels meezingen met het ludieke
repertoire van Bukit Lawang songs.
Ook hier de onvermijdelijke interviews (maar dan enkel in't weekend). |
"See the monkeys see the birds, see urang utang HEY" |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten