Yangon – Mandalay – Katha // 17 Februari 2015 – 25 Februari
2015 // Soundtrack by the Doors
Een nieuw land binnenkomen is een beetje zoals het beleven
van een eerste kus. Het is spannend, valt op, is sexy en geeft enorme kriebeltjes
in de buik. Kort daarop merk je verschillende gebruiken en raak je geïnteresseerd.
Jep, deze wil je zo snel mogelijk beter leren kennen.. Zou dit het dan kunnen zijn? Liefde op het eerste gezicht?
Vermoedelijk. Met al onze
rugzakken zitten we in een ongelofelijk drukke openbare bus van de luchthaven
naar Yangon en krijgen tijdens een ellenlange file genoeg tijd om door het raam
te kijken en een eerste indruk te krijgen van wat ons te wachten staat. Ik
krijg gevoelens uit het niets en kan me er niet voor verantwoorden, maar zonder
echte reden of voorkennis weet ik het nu al: Myanmar wordt iets heel bijzonder.
Net zoals velen heeft ook zij een harde tijd achter de rug. De (Britse)
koloniale heersers werden afgelost door een staalhard militair regime. De
frontvrouw van de Democratische Partij “Aung San Suu Kyi” stond ondanks (maar ook dankzij) gewonnen verkiezingen jarenlang onder huisarrest, en riep uit tot een
toeristenboycot, die na haar laatste vrijlating enkele jaren geleden werd
opgeheven.
Yangon, Myanmar’s voormalige hoofdstad blijft ondanks haar
machtsverlies het culturele, gastronomische en bruisende centrum van het land.
Ze moest in 2005 echter haar titel afgeven aan Nay Pyi Taw, een nieuw, megalomaan uit
de bodem gestampt miljardenproject (kom, laat ons een hoofdstad bouwen!) van het regime. Schaamteloos inderdaad, want
op elke hoek van elke straat stoot je op dingen waar men zijn geld beter in had
investeren kunnen. En dat terwijl de splinternieuwe geasfalteerde vijfvakswegen
in NPT jaloers zijn op Yangon’s files en sterven van de eenzaamheid.. omdat
niemand (!) er gebruik van maakt.
Yangon bevalt ons prima en is de perfecte start van deze
reis. Elke wandeling is boeiend, de straten zijn druk en ademen leven uit, de
mensen verkopen of consumeren eten, thee en sigaretten. Links en rechts schieten
de facades van oude, vervallen koloniale gebouwen in de lucht.
 |
3x Yangon. |
 |
Openbaar vervoer. |
 |
Belangrijkste accessoire: een stalen rijst-met-curry-doos brengt je door de dag. |
 |
Happy (Chinese) Newyear 2558! |
Een schitterende en wijdverspreide traditie zijn de vele theehuizen.
Zij bieden immers een goede gelegenheid om even (of lang) uit te rusten in de
schaduw. Het drankjesaanbod beperkt zich jammergenoeg tot thee met ZEER veel
suiker en EXTREEM veel gecondenseerde melk, dus mikken we onze pijlen op hun eten.
Elk theehuis hanteert een meubilair van plastieken tuinstoelen, in miniatuur.
Klinkt dit vreemd? Misschien wel, maar het weerhoudt er niemand van er urenlang
gebruik van te maken. Niet te toppen zijn trouwens de sigarettenprijzen. Het
goedkoopste pakje (20 stuks!) is te vinden voor 17,4 Euro CENT, en als
alternatief kan men in elk café, restaurant of bar een “rokersset” (meestal
gratis) aan tafel bestellen. Uiteraard wordt immer en overal gerookt.
 |
Een "rokerset" bestaat uit 4 sigaretten en een aansteker, meestal op
kosten van het huis. |
Myanmar is een land waarin armoede en foute verhoudingen
duidelijk bovendrijven. Zichtbaar wordt het altijd weer door de vele werkende
kinderen. De “teaboys” die de klanten bedienen in de theehuizen zijn vaak niet
ouder als 10 en ook de stratenstandjes worden niet zelden alleen door een kind
uitgebaat.
Van Yangon sporen we verder naar Mandalay. Een centraal computersysteem
voor plaatsreserveringen is er niet, hier gebeurt alles manueel.
Zorgvuldig schrijven twee beamten in team onze gegevens direct over op ons
ticket. Aansluitend kan men voor amper tien euro dwars door het halve land
reizen, in de hoogste klasse: een slaapwagon.
Treinreizen is een belevenis op zich. Treinen zijn oud en
klapperig, net zoals het sporennet. De wagons zwenken tijdens de rit
beangstigend heen en weer, dansen in het rond en lijken weinig
vertrouwenswekkend te springen op de sporen. Toch is het een aanrader: zolang
het klaar is is er genoeg te zien door het venster, bij elke stops bevoorraden
we ons met snacks en vruchten die vrouwen op hun hoofden balanceren, om ze door
het raam aan ons door te spelen. Vanaf het donker wordt gaan we naar de
restaurantwagen. Het eten is niets speciaals, maar de gelegenheid om in deze hobbeltrein
te dineren is “romantisch” op zich en het frisse bier biedt een aangename
afkoeling.
Ook nadat we beseffen dat het vele springen normaal is en we
waarschijnlijk niet zullen ontsporen is het onmogelijk om nog maar aan slaap te
denken. Telkens wanneer ik net lijk in te dommelen vlieg ik meerdere
centimeters in de lucht om een onzachte landing op de harde matras te maken.
Jep, de volgende keer gaan we voor een gewoon zitje.
 |
Slaapwagon. |
 |
Window-shopping. Letterlijk. |
 |
Vanuit de trein zien we... huizen. |
 |
... eetstandjes bij de stops. |
 |
Baggage op het perron. |
 |
Het restaurant. |
 |
U-Bein-Bridge, in de buurt van Mandalay. |
 |
Mandalay's haven. |
 |
Mandalay's heerlijk drukke markt. |
In vergelijking met Yangon is Mandalay iets minder attractief (het culinaire aanbod is kleiner).
Na een korte tussenstop reizen we (opnieuw ‘s nachts met de trein, in tweede klasse
dit keer) verder naar Katha. Daar was George Orwell in de twenties als agent
gestationeerd. Hier speelt zich bovendien zijn eerste roman, Burmese days, af,
die we parallel lezen. We begeven ons op de zoektocht naar in het boek beschreven
plaatsen en gebouwen, kunnen echter enkel raden welke het geweest kunnen zijn.
Voorts is Katha een sympathiek, klein stadje afgelegen van de toeristenroute: de
perfecte plaats om in alle rust het alledaagse leven van haar vriendelijke
inwoners te bekijken.
 |
De ophaalronde van vrouwelijke monnikken. |
 |
3x Katha. |
Zo tussendoor valt trouwens ook ‘t een en ‘t ander op:
- mensen die in de trein ‘s nachts wakkerblijven en de
verantwoordelijkheid voor ons uitstappen aan het goede station op zich nemen,
zodat we ons doel niet missen;
- stratenverkopers die ostentatief geld weigeren voor onze
inkoop en erop staan ons die zes tomaten te schenken;
- een vrouw die ons de menukaart van een standje vertaalt en
zo blij is Engels te oefenen dat ze ons spontaan trakteert;
- om dan nog te zwijgen van de vele vriendelijke, goedlachse “Mingalaba!”
(Hallo! Goeiedag!) waarmee je overal wordt begroet. Als toerist krijgt men het hartverwarmende gevoel oprecht welkom te zijn en ondanks de taalbarriere is het
niveau van de gastvriendelijk- en hulpvaardigheid relatief ongezien.
Liefde op het eerste gezicht? Absoluut. En op het tweede.
 |
:-).. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten